Blog | 05 Juli 2022
Hoe veilig voelt de Europeaan zich in het verkeer?
Met Vision Zero wordt er wereldwijd gestreefd naar 0 verkeersdoden in 2050. Is dat een realistisch streven of verkijken overheden zich hierop door in een beslagen glazen bol te staren?
Dat 75% van de inwoners van Stockholm het gevoel heeft dat er meer ongelukken gebeuren sinds de intrede van deelmobiliteit, en dat 84% van de Romeinen zich liever niet in het donker op de fiets begeeft, zijn harde cijfers die vragen om een gedegen aanpak met visie.
De Urban Road Safety Index geeft inzicht in het gevoel van verkeersveiligheid van ongeveer 3900 Europeanen in 16 verschillende hoofdsteden, en laat tevens zien wat overheden kunnen doen om dit te verbeteren.
Een veilig gevoel
In steeds drukkere steden is het geen overbodige luxe om weggebruikers veilig van A naar B te begeleiden. Als lokale overheidsinstantie heb je hier invloed op, door ervoor te zorgen dat de wegen goed zijn, de verlichting op de juiste plaatsen werkend aanwezig is en dat verkeersborden daar staan waar ze bijdragen aan een beter verkeer.
Dat de perceptie van verkeersveiligheid uiteenloopt was te verwachten. Steden in Europa zijn immers verschillend ingericht en hebben niet allemaal met hetzelfde aantal verkeersdeelnemers te maken. Sommige uitschieters vragen echter om verandering. Een verandering die door middel van de juiste tools mogelijk gemaakt kan worden. Want ook in Rome, Parijs of Boedapest hoeft een veilig verkeer geen toekomstmuziek te zijn.
Waar ze in Praag liever een blokje om rijden om gevaarlijke situaties te vermijden, manoeuvreren de Denen zonder problemen door de drukke straten van Kopenhagen heen.
Gedeelde smart mobility
Deelmobiliteit is een geweldige ontwikkeling, toch? Het is duurzaam, makkelijk in gebruik en iedereen kan ervan profiteren. De impact van deze extra vervoersmiddelen op het verkeer moet echter niet worden onderschat.
Deelmobiliteit komt in allerlei verschillende soorten en maten voor. Fietsen, auto’s, steps en scooters zijn in de grotere steden niet meer uit het straatbeeld weg te denken. Hoe deze opmars zich verhoudt tot het gevoel van verkeersveiligheid behoeft in sommige Europese steden echter nog flink wat aandacht. Waar ze in Praag liever een blokje om rijden om gevaarlijke situaties te vermijden, manoeuvreren de Denen zonder problemen door de drukke straten van Kopenhagen heen.
De oplossing om deelmobiliteit overal te omarmen? De beschikbare goede data benutten zodat de Europese infrastructuur zich kan bewegen naar een veiliger verkeer voor iedereen. Ook mét stepjes, scooters en fietsen.
A city that never sleeps
Grotere steden zijn altijd in beweging. Dat geldt niet alleen voor de ‘City that never sleeps’ zoals Sinatra New York ooit zo mooi bezong, maar voor alle steden waar mensen dag en nacht wonen, werken, slapen en recreëren. Om als overheid niet achter de muziek aan te lopen moet je weten wat er speelt of belangrijker nog: wat er gaat spelen.
Als we bijvoorbeeld naar mobiliteit en verkeer kijken dan spelen vele factoren een rol om dit in goede banen te leiden. Denk daarbij aan de staat van het wegdek, wegmarkeringen, verkeersborden, fietspaden en autovrije zones.
Het antwoord op de vraag om mee te deinen met de stad? Data. Goede data over de openbare ruimte en alle objecten die zich daarin bevinden, laten overheden en betrokken bedrijven proactief reageren op ontwikkelingen in een stad in plaats van reactief reageren op de gevolgen daarvan.
Wil je weten hoe veilig verkeersdeelnemers zich voelen in de 16 grootste steden van Europa? Meld je dan aan voor de Urban Road Safety Index, en ontvang hem als eerste in je inbox!